Preventie in het onderwijs is meer dan lesgeven over illegale drugs
Vaak wordt onder preventie binnen onderwijs intuïtief gekeken naar het wapenen van leerlingen met kennis, attitudes en vaardigheden. Klassikale lessen rond drugs kunnen deel uitmaken van een preventieve aanpak, maar effectieve preventie omvat veel meer dan eens een les geven rond drugs. Het is belangrijk op maat van de leerlingen te werken. In veel gevallen is een gerichte aanpak naar leerlingen bij wie zich een probleem voordoet effectiever.
Preventie is veel meer dan enkel klassikaal lesgeven over drugs
Een eenmalige actie of les heeft slechts een beperkt effect. Alles wat je in de schoolcontext doet rond middelen, kadert best binnen de visie en het alcohol- en drugbeleid van de school. Dat beleid bestaat uit een heel breed spectrum aan maatregelen zoals afspraken en regels rond drugs, de reactie van de school op incidenten of problemen, zorg voor leerlingen die het nodig hebben en een veilige en gezonde omgeving waar een gezonde keuze de gemakkelijkste is. Preventie zal pas effectief zijn als de school op al deze aspecten inzet. Educatie of lessen over drugs op klasniveau zijn dus slechts een klein onderdeel van een veel breder geheel.
Preventie is maatwerk
Wanneer je preventief wil werken op klasniveau, ga je best eerst voor jezelf na: is dit aanbod gepast voor mijn leerlingen? Waar zijn ze mee bezig? Wat hebben ze nodig? Zijn er kwetsbare jongeren in de klas waar we beter een een-op-een aanpak naar voor schuiven?
We weten dat universele preventie, gericht op alle leerlingen, minder effectief is dan selectieve en geïndiceerde preventie. Bij selectieve preventie richten we ons op jongeren die extra kwetsbaar zijn of al illegale drugs gebruiken. Het is daarbij van belang om gericht te werken naar deze groep, op individueel of op groepsniveau.
Wanneer wel klassikaal werken rond illegale drugs
Klassikaal werken kan als blijkt dat dit in de leefwereld zit bij de meerderheid van de jongeren. Dat zal meestal pas in de tweede en derde graad zijn. Anders ga je foutieve perceptie versterken dat de meeste jongeren gebruiken, waardoor jongeren die nog niet gebruiken sneller gaan experimenteren.
Wil je weten hoe je best met jouw leerlingen rond illegale drugs werkt? Check dan de leerlijn verslavingspreventie in het onderwijs. In de leerlijn vind je niet alleen info over werken rond illegale drugs, maar ook over alcohol, tabak, gokken en gamen.
Klassikale preventie over illegale drugs hoort zeker niet thuis in het lager onderwijs. Illegale drugs maken voor de meeste leerlingen geen deel uit van de leefwereld, en is dus voor preventie geen topic.
Alcohol daarentegen maakt vaak wel al van jongsaf deel uit van de leefwereld. Rond alcohol kan je vanaf de derde graad lager onderwijs dus klassikale preventie aanbieden. Ook hier is maatwerk en de inschatting van de leerkracht essentieel.
Do’s en dont’s wanneer je werkt rond illegale drugs
Wat werkt?
- Zet vooral in op de ontwikkeling van algemene levensvaardigheden, zoals sociale en persoonlijke vaardigheden. Idealiter combineer je dit met werken rond sociale invloeden. Bijvoorbeeld werken rond grenzen stellen, zelfmanagement, zelfcontrole, … Maak leerlingen bewust van de sociale invloeden waaraan ze blootgesteld worden, bijvoorbeeld media, familie, leeftijdsgenoten, vrienden, …
- Gebruik de sociale-norm: corrigeer foute percepties van leerlingen over het middelengebruik van peers: laat jongeren hun eigen gebruik vergelijken met dat van anderen. Slechts een minderheid van de leerlingen gebruikt cannabis.
- Werk rond sociale invloeden: laat jongeren kritisch nadenken over wat hen aanzet tot middelengebruik. De invloed van vrienden, familie, media, … kan hierbij aan bod komen.
- Vertrek vanuit een globaal alcohol- en drugbeleid op school, waarin effectieve preventie op maat van de leerlingen, zorg en begeleiding, regelgeving en een gezonde schoolomgeving samengaan
Wat werkt niet?
- Focus niet enkel op de overdracht van kennis. Besteed vooral aandacht aan het ontwikkelen van positieve copingvaardigheden zoals het omgaan met moeilijke gevoelens, ervaringen en omgaan met stress.
- Gebruik liever geen getuigenissen (bijvoorbeeld van kankerpatiënten of ex-verslaafden). Zeker niet zonder een goede nabespreking. Vaak staan getuigenissen te ver van de leefwereld van de leerlingen (qua leeftijd, achtergrond, …). Daardoor betrekken de leerlingen de boodschap niet op zichzelf. (“Dat gaat mij nooit overkomen”).
- Probeer niet te choqueren met angstaanjagende beelden of taal (bijvoorbeeld foto’s van ongevallen na het drinken van alcohol, choquerende film, politie in de klas, …). Als je je leerlingen schrik aanjaagt, zal dit herinnerd worden, maar niet het gewenste effect hebben.
- Werk niet standaard met een klassikale aanpak. Heb het niet over cannabis en andere illegale drugs als dit niet tot de leefwereld van de jongeren behoort. Er bestaat anders een risico op een contraproductief effect: het uitlokken van nieuwsgierigheid