Skip to main content
  • Home
  • Artikels
  • Jongeren drinken en blowen minder dan vorige generaties, maar preventie van risicogedrag blijft nodig

Jongeren drinken en blowen minder dan vorige generaties, maar preventie van risicogedrag blijft nodig

VAD-leerlingenbevraging 2023 -2024

Al meer dan 25 jaar verricht het Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs (VAD) onderzoek naar het middelengebruik bij leerlingen uit het middelbaar onderwijs. Zo ook in het schooljaar 2023-2024. Uit de antwoorden van meer dan 50.000 leerlingen tussen 12 en 18 jaar kan een representatief beeld worden geschetst van hun middelengebruik en kunnen daarin heldere trends over de voorbije jaren worden aangegeven.

In onderstaand artikel lees je de voornaamste conclusies uit het rapport. Wil je meer toelichting bij de cijfers? Schrijf je dan in voor het webinar op 11 december: Hoe is het gesteld met het middelengebruik van de Vlaamse jongeren? Van cijfers naar klaspraktijk.

Duidelijk minder alcohol, maar bingedrinken blijft een uitdaging

Over de tien laatste metingen heen bekeken tekent zich een duidelijke dalende trend in alcoholgebruik af. Het aantal leerlingen dat in de 12 maanden voor de bevraging alcohol dronk, daalde van 56% in 2012-‘13 naar 43% in 2023-’24. Het aantal leerlingen dat regelmatig dronk – minstens één keer per week – daalde zelfs met meer dan een derde (van 17% naar 10%). Ook goed nieuws wat de beginleeftijd betreft: die steeg in diezelfde periode van 14,0 jaar naar 14,8 jaar.

Toch liggen er nog heel wat uitdagingen om het alcoholgebruik en de daaraan verbonden risico’s verder terug te dringen. Zo heeft een kwart van de leerlingen minstens één keer aan bingedrinken gedaan in de laatste 12 maanden. (Voor meisjes betekent dat vier glazen in een tijdspanne van twee uur, voor jongens zijn dat er zes.) Eén op tien van de 17-18-jarige leerlingen doet dat minstens een keer per week.

De tijd dat jongens op alle drinkparameters hoger scoorden dan meisjes lijkt voorbij. Enkel regelmatig alcohol drinken en regelmatig dronken zijn (éénmaal per week of meer) komen nog iets vaker voor bij jongens.

De relevante wetgeving over het verkopen, schenken en aanbieden van alcoholische dranken is goed gekend. Dat wettelijke verbod werd over de jaren heen een steeds belangrijker motief om geen alcohol te drinken. Maar, opmerkelijk, die wettelijke beperking heeft geen impact op hoe makkelijk leerlingen denken aan alcohol te kunnen geraken. Zo denkt bijna de helft van de min-16-jarigen (45%), ondanks het verbod, makkelijk aan bier of wijn te geraken.

Materiaal
VAD-leerlingenbevraging
Het volledige rapport van de bevraging over alcohol, cannabis, andere drugs, psychoactieve medicatie, gokken en gamen bij jongeren in het secundair onderwijs.

Gebruik slaap- en kalmeringsmiddelen blijft toenemen

Voorschriftplichtige slaap- en kalmeringsmiddelen kennen een verrassend hoog gebruik onder de leerlingen in het secundair onderwijs. 17% gebruikte ooit al deze zware medicatie, en 9% gebruikte het afgelopen jaar. Dat gebruik kende in de voorbije jaren een gestage stijging. Het aandeel leerlingen dat ooit gebruikte, ging tussen 2012-2013 en 2023-2024 van 12% naar 17%. Het gebruik ligt hoger en stijgt ook sneller onder meisjes.

Daling van cannabisgebruik springt in het oog

Tussen 2012-2013 en 2023-2024 dalen voor cannabis alle parameters. Zowel het aantal leerlingen dat ooit al cannabis gebruikte (van 17% naar 8%), als het aantal dat het afgelopen jaar gebruikte (van 11% naar 6%), als zij die wekelijks of vaker gebruiken (van 2% naar 1%).

Het gebruik van cannabis is iets sterker een jongenszaak en komt steeds meer voor naarmate de leeftijdsgroep ouder is: slechts 1% van de 12-14-jarigen heeft het in de voorbije 12 maanden gebruikt, bij 17-18-jarigen is dat 13%.

Ondanks dalende gebruikscijfers is cannabis nog steeds zeer aanwezig in de leefwereld van de jongeren. 18% van de leerlingen zegt makkelijk aan cannabis te geraken, bij 17-18-jarigen is dat zelfs 36%. 23% van de leerlingen heeft minstens 1 vriend die cannabis gebruikt, wat bij 17-18-jarigen klimt tot 43%.

Andere illegale drugs dan cannabis (xtc, amfetamines, hallucinerende middelen, cocaïne, lachgas), worden nog steeds heel beperkt gebruikt. Afhankelijk van het middel heeft tussen de 0,1% en 1% deze in het afgelopen jaar gebruikt.

Ondanks verbod: 1 op 10 speelde afgelopen jaar met een kraslot, 1 op 20 op de Lotto

Alhoewel de wetgeving op gokspelen door vier op de vijf leerlingen gekend is, zijn er opvallend veel leerlingen die voor geld spelen. Nochtans is 95% van de leerlingen minderjarig, wat wil zeggen dat ze wettelijk gezien op geen enkele manier met geld mogen gokken, ook niet op de spelen van de Nationale Loterij. Toch worden die door een vrij grote groep gespeeld: 26% speelde ooit op krasbiljetten en 9% deed dit het voorgaande jaar, voor Lotto is dat 16% en 5%. Zowel Lotto als krasbiljetten worden even vaak gespeeld door de jongste leeftijdsgroep (12-14 jaar) als door de oudere leeftijdsgroepen.

1 op 10 ervaart wel eens negatieve impact van gamen

Een kwart van de leerlingen (26%) besteedt meer dan 7 uur per week aan gamen, één op de zeven (14%) doet dit meer dan 14 uur per week. Het gros van de gamende leerlingen ondervindt weinig tot geen nadelige gevolgen van dat spelgedrag. Toch ervaart 9% de negatieve impact van gamen op het sociaal functioneren. Dat kan bijvoorbeeld gaan over het niet nakomen van schoolverplichtingen, of over gamen omdat je je slecht voelt. Nadat deze uitingen van risicovol en problematisch gamegedrag tussen 2017-2018 en 2021-2022 duidelijk minder voorkwamen, zien we over de drie laatste schooljaren heen dat die in alle leeftijdsgroepen weer toenemen.

Of jongeren nadelige gevolgen van het gamen ervaren op hun functioneren en sociale relaties, hangt van meer factoren af dan enkel de tijd die eraan gespendeerd wordt. Tegelijkertijd zien we wel dat, naarmate men meer uren gamet, het risico op die nadelige gevolgen gemiddeld toeneemt.

Preventie werkt, op voorwaarde dat we erop blijven inzetten

Wat kunnen we uit deze cijfers leren voor alcohol- en drugpreventie in het secundair onderwijs?

Een belangrijk uitgangspunt voor preventie is dat experimenteren met alcohol en drugs zo lang mogelijk uitgesteld wordt. Bovendien zou niet-gebruiken onder jongeren de norm moeten zijn. De leerlijn verslavingspreventie voor het onderwijs, geeft een duidelijk overzicht van alle mogelijke leerdoelen en preventieve aanbevelingen om daarop in te zetten. Met die doelstellingen van preventie voor ogen, wijzen de resultaten uit de VAD-leerlingenbevraging voor alcohol en cannabis duidelijk op positieve tendensen. Ze bevestigen opnieuw dat jongeren bewuster bezig zijn met hun gezondheid, en meer dan vroeger rekening houden met de negatieve effecten die alcohol en drugs kunnen hebben. De aanhoudende preventieve inspanningen naar jongeren toe lonen.

Tegelijkertijd tonen de cijfers ook hoe belangrijk het is om te blijven inzetten op deze beïnvloedbare doelgroep. Zo blijft bingedrinken een hardnekkig gegeven, moet het stijgende gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen goed opgevolgd worden, en houden gokken en gamen voor sommige jongeren duidelijke risico’s in. Blijven investeren in preventie en zorgen dat jongeren die risicogedrag vertonen snel de juiste begeleiding krijgen, blijft dus zeker en vast de boodschap.

Meer resultaten rond tabak, alcohol en illegale drugs, alsook rond psychoactieve medicatie, gokken, gamen en sociale media in de leefwereld van jongeren, ontdek je in het volledige rapport.