Skip to main content
  • Home
  • Artikels
  • Naar een gelijkwaardige drughulpverlening voor migranten en etnische minderheden in Vlaanderen

Naar een gelijkwaardige drughulpverlening voor migranten en etnische minderheden in Vlaanderen

Charlotte De Kock, onderzoeker bij het Instituut voor Sociaal Drugsonderzoek (ISD) aan de Universiteit van Gent onderzocht in haar doctoraat de gelijkwaardigheid van de drughulpverlening voor migranten en etnische minderheden in Vlaanderen. De studie toont een aantal ongelijkheden in de drughulpverlening aan voor deze doelgroep en doet enkele suggesties om te komen tot een gelijkwaardige drughulpverlening, met de nadruk op toegankelijkheid voor iedereen.

Hoger risico op problematisch middelengebruik

Migranten en etnische minderheden worden geconfronteerd met maatschappelijke en gezondheidsuitdagingen die kunnen leiden tot complexe problemen zoals een gebrek aan sociaal netwerk, trauma en institutionele discriminatie. De combinatie van problemen kan dan weer bijdragen aan problematisch middelengebruik.

In de huidige literatuur wordt aangenomen dat de prevalentie van middelengebruik bij recent aangekomen vluchtelingen over het algemeen lager ligt in vergelijking met niet-vluchtelingen, maar dat dit na verloop van tijd verhoogt onder invloed van pre- en post- migratiefactoren. Denk bijvoorbeeld maar aan de beschikbaarheid van roesmiddelen en aan de leefomstandigheden. Zowel voor als na hun migratie worden migranten en etnische minderheden in vergelijking met de algemene bevolking in een hogere mate blootgesteld aan verschillende risicofactoren. Dit zowel op micro- als op meso- en macroniveau.

Zo zijn individuele problemen zoals werkloosheid en trauma risicofactoren voor problemen met alcohol- en middelengebruik. Daarenboven hebben vluchtelingen ook een hoger risico op de ontwikkeling van psychische stoornissen, voornamelijk PTSS, wat ook een risicofactor is voor problematisch gebruik van alcohol en andere middelen. Andere factoren zijn sociale uitsluiting en beperkte toegang tot de drug- en andere hulpverlening.

Weinig niet-Belgen in de residentiële zorg waar taal vaak een exclusiecriterium is

Onderzoek wees al enkele jaren geleden uit dat personen met een migratieachtergrond in België minder tevreden zijn over de verstrekking van algemene gezondheidszorg. Zij melden minder toegang tot de hulpverlening en hebben meer negatieve ervaringen met (vaak uitgestelde) behandelingen. De vraagt stelt zich dus in welke mate dit ook in de drughulpverlening zo is. In dit onderzoek werd op kwantitatieve wijze vastgesteld dat er heel wat verschillen zijn tussen Belgische en niet-Belgische cliënten.

Belgische cliënten komen vooral in de residentiële zorg terecht, terwijl niet-Belgische cliënten overgerepresenteerd zijn in ambulante settings. Vrouwelijke niet-Belgische cliënten uit niet-EU landen zijn bijna afwezig in de drughulpverlening. Bovendien worden niet-Belgen minder verwezen naar de drughulpverlening door ziekenhuizen en huisartsen.

Deze studie bekijkt het vraagstuk van de gelijkwaardige toegankelijkheid van de drughulpverlening vanuit een ecosociaal perspectief. Dit wil zeggen dat er rekening gehouden wordt met het micro-, meso- en macroniveau. Op microniveau hebben we cliënt en de hulpverlener. Op mesoniveau gaat het bijvoorbeeld over hulpverleningsdiensten en de positie als etnische minderheid of gemeenschap. Het macroniveau gaat dan weer over het beleid en de dominante visie op de drughulpverlening. Dit onderzoek toont aan dat barrières in de drughulpverlening zich niet uitsluitend situeren op het ene of het andere niveau, maar veeleer op kruispunten tussen deze niveaus.

© SHVETS production via Pexels

Het kwalitatief luik van dit onderzoek wijst uit dat vooral taal als exclusiecriterium, lange wachtlijsten en een gebrek aan ziekteverzekering een barrière vormen voor de brede groep migranten en etnische minderheden. Vanuit een ecosociaal perspectief wijst deze studie uit dat er een wisselwerking is tussen factoren op het niveau van de (potentiële) cliënt en factoren op het organisatieniveau. Zo kan er aan de kant van de (potentiële) cliënt een taalbarrière en gebrek aan vertrouwen in de dienstverlening zijn. Veel diensten kampen dan weer met een gebrek aan tolken en lange wachtlijsten die op hun beurt aan de grondslag liggen van het gebrek aan vertrouwen bij cliënten.

Dit onderzoek documenteert dus waarom er nog veel te doen valt om gelijkwaardige drughulpverlening voor de brede doelgroep van migranten en etnische minderheden te bereiken op zowel het organisatie- als beleidsniveau. Bovenal, zo stelt dit onderzoek, moet men de vraag durven omdraaien: spreekt de cliënt de taal van de hulpverlening niet? Of spreekt de hulpverlening de taal van de cliënt niet? Of nog: wordt er misschien te veel gefocust op talige therapie in onze drughulpverlening?

Onvoldoende aandacht voor structurele ongelijkheden

Zoals al beschreven zijn individuele kwetsbaarheden vaak verankerd in barrières op organisatieniveau (meso) of worden ze erdoor versterkt. Deze barrières zijn op hun beurt ingebed in tekortkomingen op het beleids- of macroniveau.

In deze studie wordt vanuit het ecosociaal perspectief beargumenteerd dat ongelijkheden in de drughulpverlening voor migranten en etnische minderheden best overwonnen worden door de focus te verplaatsen van een micro- naar een meso- en macrobegrip van ongelijkheden. Dat betekent dus dat er niet alleen naar barrières op niveau van de (potentiële) cliënt gekeken wordt, maar ook naar barrières op organisatie- en beleidsniveau.

Hoewel belangrijk in de therapeutische relatie, is het onvoldoende om de aandacht alleen te richten op individuele culturele achtergronden, alsof zij de enige oorzaak zijn van ongelijkheid. Inzetten op culturele competentie alleen, is onvoldoende om ongelijkheden voor deze doelgroepen weg te werken. Om een gelijkwaardige drughulpverlening voor migranten en etnische minderheden te bereiken, zal het efficiënter zijn om ook te focussen op organisatorische (meso) en beleidsmatige (macro) kwesties, buiten het individu zoals het personeelsbeleid.

© Dimitris Vetsikas via Pixabay

Weinig aandacht voor migranten en etnische minderheden in het beleid

Een beleidsanalyse maakte in deze studie duidelijk dat er op beleidsmatig niveau nood is aan verandering. Er is in de federale en Vlaamse beleidsdocumenten te weinig aandacht voor de gezondheid van personen met een migratieachtergrond en er is een gebrek aan documenten die de ongelijkheden erkennen en aanpakken. Ook op vlak van drughulpverlening voor migranten en etnische minderheden is er een tekort vastgesteld.

De hoofdoorzaak van deze beperking is een gebrek aan representatieve gegevens over de prevalentie van middelengebruik onder migranten en etnische minderheden en hun aanwezigheid en traject in de drughulpverlening. Ook het feit dat asiel- en integratiesectoren niet beschouwd worden als gezondheidsactoren (doorverwijzers) en het feit dat migranten en etnische minderheden te weinig bottom-up bevraagd worden in de beleidsvorming is een zorg.

De beleidsdocumenten erkennen weliswaar het non-discriminatiebeginsel, maar toch wordt dit onvoldoende vertaald in gerichte acties ten aanzien van migranten en etnische minderheden en andere kwetsbare bevolkingsgroepen. Er is dus dringend een oplossing nodig voor de ongelijkheden in de toegankelijkheid en kwaliteit van de drughulpverlening voor deze populaties, met inbegrip van gerichte acties in de beleidsvorming.

Naar een betere drughulpverlening voor migranten en etnische minderheden

Meer kennis over de prevalentie van middelengebruik in onderscheiden populaties van migranten en etnische minderheden en van hun trajecten in de drughulpverlening, is noodzakelijk om gezondheidsongelijkheden in die sector aan te pakken. Bovendien moet de afwezigheid van deze doelgroepen op beleidsniveau aangepakt worden. Zo dient er bijvoorbeeld nagedacht te worden over hoe een vraaggericht gezondheidszorgsysteem tegemoet kan komen aan de behoeften van mensen die niet steeds in staat zijn om een hulpvraag te formuleren.

Meer lezen

De Kock, C. (2017). A Belgian Story of Community Based Participatory Research Among People with a Migration Background. Narrative inquiry in bioethics, 7(1), E9-E12.

De Kock, C. (2019). Cultural risk factors and dangerous classes in a European context: The consequences of ethnic framing of and among Turkish drug users in Ghent, Belgium. In B. Thom & S. MacGregor (Eds.), Alcohol, drugs and risk in historical and cross-cultural perspective: Framing dangerous classes and dangerous spaces. Routledge Books.

De Kock, C. (2020). Substance use and treatment among MEM in Flanders. In C. De Kock, C. Mascia, F. Laudens, L. Toyinbo, S. Leclerq, D. Jacobs, & T. Decorte (Eds.), Mapping & enhancing substance use treatment for MEM. Belspo.

De Kock, C. (2021a). Equitable substance use treatment for migrants and ethnic minorities: the entwinement of micro and meso barriers and facilitators. Journal of Ethnicity in Substance Abuse, Advance online publication.

De Kock, C. (2021b). Migration and ethnicity related indicators in European drug treatment demand (TDI) registries. Journal of Ethnicity in Substance Abuse, 20(3), 444-470

De Kock, C. (2022). Responding to drug-related problems among migrants, refugees and ethnic minorities in Europe. EMCDDA.

De Kock, C., & Decorte, T. (2017). Exploring problem use, discrimination, ethnic identity and social networks. Drugs and Alcohol Today, 17(4), 269-279.

De Kock, C., & Pouille, A. (2022). Social and structural issues in recovery among migrants and ethnic minorities : an exploration of cultural competence and individual recovery perspectives. In S. Galvani, A. Roy, & A. Clayson (Eds.), Long-term recovery from substance use : European perspectives (pp. 127–142). Bristol University Press.

De Kock, C., Blomme, E., & Antoine, J. (2020). Non-national clients in Belgian substance use treatment. Drugs & Alcohol Today, 20(2), 157-171.

De Kock, C., Decorte, T., Derluyn, I., & Vanderplasschen, W. (2017). Probleemgebruik en sociaal herstelkapitaal bij personen met een migratieachtergrond. In W. Vanderplasschen & F. Vander Laenen (Eds.), Naar een herstelondersteunende verslavingszorg. Acco.

De Kock, C., Decorte, T., Schamp, J., Vanderplasschen, W., Hauspie, B., Derluyn, I., Sacco, M., & Jacobs, D. (2017). Substance use among people with a migration background: a community based participatory research study. Garant.

De Kock, C., Decorte, T., Vanderplasschen, W., Derluyn, I., & Sacco, M. (2017). Studying ethnicity, problem substance use and treatment: From epidemiology to social change. Drugs: Education, Prevention and Policy, 24(3), 230-239.

De Kock, C., Mascia, C., Toyinbo, L., Laudens, F., Leclerq, S., Jacobs, D., & Decorte, T. (2020). Mapping and enhancing substance use treatment for migrants and ethnic minorities. MATREMI (DR/00/84). Belspo.